Opel Manta
Manni mag los
Opel toonde de eerste Manta 50 jaar geleden aan het grote publiek. Ondanks de veelbelovende vormgeving was de Manta nooit bedoeld als sportwagen. De Manta was vanaf de eerste generatie uit 1970 tot het allerlaatste exemplaar uit 1988 slechts een sportief aangeklede versie van een gewone gezinsauto. De eerste Manta had ronde vloeiende lijnen, terwijl de hier gereden tweede generatie veel hoekiger - maar minstens zo extravagant - is.

De testauto is van de laatste generatie uit 1988 en zelfs één van de allerlaatste Manta's die ooit van de band zijn gerold. De auto is daarom voorzien van alle mogelijke extra's en schittert daarom met meer naamplaatjes van tuners en accessoire-leveranciers dan met Opel-logo's. Zo voorziet Irmscher de Manta van een spoiler achterop en spoilers onder de dorpels. Volgens Opel is dat niet alleen voor de show, maar leveren ze daadwerkelijk een bijdrage aan de stroomlijn danwel de neerwaartse druk op hoge snelheid. Terwijl veel Manta's in de loop der jaren compleet zijn afgetrapt, verkeert dit exemplaar uit het Opel-museum in absolute nieuwstaat. In zijn 32 jaar heeft de auto slechts 26.000 km gereden; de eerste 15.000 km voor verkooptrainingen en de rest tijdens speciale gelegenheden zoals die van vandaag.
Ruimte en uitrusting
Om alle vooroordelen te kunnen bevestigen wordt de auto ontgrendeld met een sleutel aan een vossenstaartje. De zit is diep en omdat de bestuurdersstoel nauwelijks kan worden versteld zit de testrijder onwennig dicht op het stuurwiel. Desondanks zijn de hoofd- en beenruimte heel behoorlijk. Juist omdat de stoelen niet ver naar achteren kunnen, resteert op de achterbank daadwerkelijk ruimte voor passagiers. Die passagiers zitten heel diep en moeten de benen daarom optrekken. De bagageruimte is kort, smal en diep. Dankzij die diepte biedt de Manta toch flink wat kofferruimte. Vanwege de diepe laadvloer moet bagage echter wel nadrukkelijk in en uit de auto worden getild.
De uitrusting van de Manta is naar moderne maatstaven bijna spartaans. De buitenspiegels zijn extreem klein en halverwege de deur geplaatst. De spiegels worden niet versteld met een knop, maar door het raam met een slinger open te draaien en door de spiegels vervolgens vast te pakken en te richten. Zaken zoals airconditioning en een radio zijn nu vanzelfsprekend, maar waren destijds opties. Ondanks de eenvoudige uitrusting zijn tijdens de proefrit nooit zaken gemist. Deze uitrusting, of het gebrek daar aan, hoort bij een auto uit de jaren '80 en daarom kwam het simpelweg nooit bij de testrijder op om er naar te zoeken.

Naast de toerenteller en snelheidsmeter (die doorloopt tot een uiterst optimistische 220 km/u) zijn ook een accuspanningsmeter en een verbruiksmeter te vinden. Die laatste heeft een analoge schaal en toont het huidige verbruik, niet het gemiddelde zoals tegenwoordig gangbaar is. De testauto is voorzien van een originele Opel radio/cassette-speler (met auto-reverse!) en alleen luidsprekers achterin. Alhoewel de gereden auto mechanisch in topconditie verkeert, zijn de conussen van de luidsprekers in de loop der jaren overduidelijk uitgedroogd. Nu hangen er nog enkele flarden in de boxen op de hoedenplank. Jammer, we hadden graag het Manta-lied van "Norbert und die Feiglinge" gedraaid om de feestvreugde te verhogen...
Prestaties
De motor van dit oude beestje start met een gemak alsof de auto hagelnieuw is. Bovendien loopt de 2.0 liter viercilinder direct mooi rond. Dit is geen oude, nukkige oldtimer die na een lange winterslaap de eerste kilometers met tegenzin aflegt. De laatste exemplaren van de Manta zijn voorzien van een vijfbak, maar desondanks ligt het toerental ook bij kalm rijden hoog. 100 km/u betekent 2.500 toeren per minuut in de vijfde versnelling. Bovendien zijn op die snelheid al zoveel geluiden van de banden en rijwind hoorbaar, dat het gevoelsmatig ook niet harder hoeft. Een grappig detail: het motorgeluid is buiten de auto veel spannender en dieper dan binnenin.

Toen deze Manta GSi de fabriek verliet, was de krachtbron goed voor 110 pk / 162 Nm. Dat was destijds een respectabel vermogen, zeker omdat auto's toen een stuk lichter waren. Moderne motoren zijn zo gemaakt dat ze heel gemakkelijk toeren maken, zeker als ze afhankelijk zijn van een turbo. De Manta daarentegen bouwt het toerental slechts langzaam op en voelt daarom absoluut niet snel of levendig. Vanaf 4.500 tpm komt het nodige vermogen los en dan is de Manta wel krachtig, maar zeker niet snel.
Bovendien: ook de remmen zijn die van 32 jaar geleden. Wat destijds een imposante vertraging was, is nu zelfs voor de eenvoudigste stadsautootjes nog kinderspel. De Manta-rijder moet daarbij hard trappen om serieus te remmen. Veilig rijden door het moderne, drukke verkeer is daarom een zaak van heel veel afstand houden.

Weggedrag
Het sportieve karakter van de Manta zit vooral in het weggedrag. Het onderstel is stevig en dankzij het ontbreken van stuurbekrachtiging is de bestuurder echt betrokken bij het autorijden. De Manta wordt geleverd op 14 inch velgen, die toen heel stoer waren en nu bijna lachwekkend klein zijn voor een sportieve auto. Mede vanwege de bandenkeuze zit er enige vertraging tussen een stuurbeweging en de reactie van de koetswerk. De Manta heeft daarom absoluut geen levendig of scherp karakter.
Toch is de auto wel degelijk capabel. Dat is merkbaar in het koetswerk, dat keurig in balans is voor een auto van deze leeftijd. De wegligging is daarom bovengemiddeld goed. Sterker nog: ook nu leent de Manta zich nog voor dagelijks gebruik.

Conclusie
Het is lastig om onbevooroordeeld in een auto te stappen waar zo'n sterk stigma aan vast zit als de Opel Manta. Vooral de Manta-rijders, ook wel bekend als "Manni's", hebben die vooroordelen in de loop der jaren steeds verder versterkt. De Autozine-redacteur had daarom lage verwachtingen en keek niet bijzonder uit naar deze proefrit.
Maar... na een dagje sturen met de Opel Manta GSI uit 1988 zijn alle vooroordelen ontkracht! De Manta is een ontwapenend leuke auto die een veel puurder karakter heeft dan moderne sportwagens. De Manta is bovendien een unieke mengeling van Duitse nuchterheid en de rebelse cultuur van de jaren '80. Het gevoel is daarom niet te vergelijken met een Japanse, Amerikaanse of Italiaanse auto uit hetzelfde tijdperk.
Het imago van de Manni's blijft ook 50 jaar na dato twijfelachtig. Hun auto heeft zich echter kunnen bewijzen, en die deugt. Sterker nog: het concept van een sportieve variant van een bestaande gezinsauto is tot op de dag van vandaag succesvol gebleken.
- Volwaardige vierzitter
- Puur, mechanisch gevoel
- Gedurfde, onderscheidende vormgeving
- Voorstoel beperkt verstelbaar
- Onhandig kleine buitenspiegels
- Niet zo sportief als het uiterlijk belooft