Fiat 500L Living
Leefruimte
De Fiat "500L" en "500L Living" zien er op het eerste gezicht precies hetzelfde uit. Beide auto's bieden de ruimte van een compacte MPV (Multi Purpose Vehicle), maar hebben niet het gebruikelijke uiterlijk van een "familiebusje".
In plaats daarvan heeft de 500L recht van voren het vrolijke aangezicht van een Fiat 500. Van alle andere kanten bekeken zijn de verhoudingen helaas zoek, maar blijft het uiterlijk origineel. Bovendien doen de vrolijke kleuren met afwijkende tint voor het dak en de spiegels wonderen voor de uitstraling.
Het verschil tussen de "500L" en "500L Living" zit in de achterzijde. De wielbasis van beide auto's is gelijk, maar dankzij extra overhang achter de achterwielen biedt de Living nog meer binnenruimte. Afhankelijk van de gekozen uitvoering wordt de extra lengte omgezet in een grotere kofferruimte of een derde zitrij.
Vijf plus twee
De Living is echter geen volwaardige zevenzitter. Om verwarring te voorkomen spreekt Fiat daarom van een "5+2". Een soortgelijke term wordt meestal gebruikt bij sportcoupés, waarbij een "2+2" duidt op twee volwaardige zitplaatsen voorin en een reservebankje achterin. Fiat bedoelt met "5+2": vijf volwaardige zitplaatsen plus twee kinderzitjes achterin.
De tweede zitrij kantelt en schuift naar voren om een optimale toegang tot de derde zitrij te bieden. Volwassenen zullen daarom zonder schroom naar achteren klimmen. Om het enthousiasme te temperen, is op de vloer een rode lijn aangebracht met de tekst "do not cross". Hiermee wordt aangegeven waar de verankering van de tweede zitrij zich bevindt.
Dan blijkt al snel dat de beenruimte achterin minimaal is. Wanneer de tweede zitrij iets naar voren wordt geschoven, zitten kleine kinderen redelijk achterin de 500L Living. Volwassenen moeten zijwaarts zitten om achterin te passen.
Wanneer wordt gekozen voor extra bagageruimte in plaats van extra zitplaatsen, meet deze maximaal 1.584 liter. Dat is ruim 200 liter meer dan de standaard 500L. De 500L Living biedt daarmee de ruimte van een middelgrote stationcar, maar is een stuk korter.
Rijden
Die geringe lengte maakt de 500L wendbaar in druk stadsverkeer. De 500L is zeker geen watervlugge pretauto zoals de gewone Fiat 500, maar de rijeigenschappen zijn prima. Het grote glasoppervlak (let op de extra zijruitjes voor) en de forse buitenspiegels zorgen er bovendien voor dat de auto goed is te overzien. De testrit vond plaats in Milaan en zelfs in die drukke stad voelde de grote 500 "Large" zich als een vis in het water.
De besturing is niet te licht en niet te zwaar, maar precies zoals de Europese chauffeur het graag heeft. Met een druk op de "City"-knop is de besturing juist extreem licht, om bijvoorbeeld parkeren makkelijk te maken. Houd er wel rekening mee dat de verleiding dan groot is om te sturen zonder dat de auto rijdt en dat kan voor vroegtijdige slijtage van de voorbanden zorgen.
Het onderstel is relatief stug. Dat garandeert ook voldoende veiligheid in beladen toestand. Tegelijkertijd is het comfort voldoende wanneer slechts met één of twee personen wordt gereden.
TwinAir
De 500L en 500L Living zijn leverbaar met Fiats trots: een tweecilinder benzinemotor. Deze heeft een inhoud van slechts 875 cc, maar levert dankzij een turbo toch een heel volwassen 105 pk / 145 Nm.
In theorie is de "500L TwinAir" een echt zuinigheidswonder. In de praktijk pakt dit echter anders uit. De TwinAir motor leent zich met name voor het afleggen van lange afstanden bij lage snelheden. Rond de 80 a 90 km/u tokkelt de tweecilinder kalm en toont de verbruiksmeter spectaculair lage waarden. Alleen dan is het opgegeven verbruik van 1 op 20 waar te maken of zelfs te overtreffen.
In de stad en op snelwegen waar niet constant dezelfde snelheid wordt aangehouden, moet de kleine motor hard werken om mee te komen. Pas wanneer de tweecilinder op toeren wordt gehouden, zijn de prestaties voldoende. Helaas loopt het verbruik dan sterk op. Op dat moment is de TwinAir niet zuiniger dan traditionele motoren, die bovendien een rustigere loop hebben.
Diesel
Als het gaat om een dieselmotor, kiest Fiat voor de "MultiJet"-techniek die zich inmiddels ruimschoots bewezen heeft (en door diverse andere fabrikanten wordt "geleend"). De hier gereden 1.6 liter diesel heeft een zeer vroeg en kordaat aangrijpende koppeling. Zoals bij een sportwagen voorzichtig moet worden omgegaan met het rechterpedaal, vraagt deze diesel een beheerste linkervoet.
Net als de benzinemotor, levert ook de dieselmotor 105 pk. De zelfontbrander levert echter dubbel zo veel trekkracht (320 Nm) en dat zorgt voor een wereld van verschil. De prestaties zijn niet alleen beter, maar worden ook met meer gemak geleverd. Daardoor voelt de auto volwassener, comfortabeler en is het makkelijker om zuinig te rijden.
Conclusie
Na het succes van de Fiat 500, 500C, 500S en 500L volgt nu de "500L Living". De "Living" is vrijwel gelijk aan de 500L, maar biedt dankzij extra overhang achter de achterwielen nog meer binnenruimte. Dat levert naar keuze extra bagageruimte of een derde zitrij op.
Wanneer wordt gekozen voor twee extra stoelen, is de Living een "5+2". Dat wil zeggen dat er ruimte is voor vijf volwassenen en twee kinderen; dit is geen volwaardige zevenzitter. De versie met alleen extra bagageruimte biedt evenveel ruimte als een middelgrote stationcar, maar is korter en dus wendbaarder.
De tweecilinder benzinemotor is alleen in theorie heel zuinig (dus belastingvoordeel!), in de praktijk is het verbruik even hoog als dat van traditionele motoren van andere merken. De dieselmotor heeft meer souplesse en maakt het daarom makkelijk om zuinig te rijden. Ongeacht de gekozen motor zijn de rijeigenschappen prima.
- Ruim en praktisch
- Prima rijeigenschappen
- Prettige, stevige stoelen
- TwinAir niet zo zuinig als beloofd
- Onhandige schaalverdeling snelheidsmeter
- Trage werking stop/start-systeem i.c.m. TwinAir motor