Publicatiedatum: 30 september 2004

Subaru Forester (2002 - 2008)

Van alle markten thuis (en meer)

Rij-impressie - "Van alle markten thuis", luidde de titel van het testverslag van de vorige generatie Subaru Forester. Ook op de nieuwe Forester is die term van toepassing. Nog steeds behoort de Forester tot het selecte groepje auto's dat beter rijdt dan een terreinauto, veiliger is dan een SUV, ruimer is dan een stationcar en toch nauwelijks meer kost dan een comfortabele personenauto. Maar met alleen een 2-liter krachtbron was het motorenaanbod wel erg beperkt. Daar komt nu een 2.5-liter exemplaar bij. Daarmee belooft Subaru dat de Forester ook nog eens sportwagenprestaties neerzet.

De beloofde sportwagenprestaties zijn de aanleiding om de in 2002 vernieuwde Forester alsnog te testen. Maar voordat de testauto zich van de sportieve kant mag laten zien, is het zaak de praktische kanten te belichten. De Forester is namelijk een unieke auto die gezien het aantal verkochte exemplaren danig wordt ondergewaardeerd.

Terreinauto

Het uiterlijk maakt duidelijk wat de Forester zo bijzonder maakt. De auto is niet zo hoog als een pure terreinauto, maar is onmiskenbaar hoger dan de gemiddelde personenauto. Het voordeel van deze bouwwijze is dat de Forester niet het hoge zwaartepunt (lees: soms gevaarlijke weggedrag) van een terreinauto heeft. Toch zit de bestuurder iets hoger dan in de gemiddelde auto en dat geeft een goed overzicht over het verkeer.

Ondanks het lage zwaartepunt en de gebruikte techniek, die zelfs het gewicht van de motor zo laag mogelijk plaatst, is wel degelijk merkbaar dat de Forester hoger is dan gemiddeld. Het vraagt daarom een lange proefrit om volledig vertrouwen van de testrijder te winnen. Pas na enkele uren is duidelijk dat de Forester over een verdienstelijk weggedrag beschikt. Bijvoorbeeld een communicatievere besturing had de auto op dit punt goed gedaan.

Subaru Forester (2002 - 2008)

De Forester is geen terreinauto met alle techniek die hoort bij een dergelijke modderkruiper. De vierwielaandrijving is een standaard kenmerk van iedere Subaru en bevordert vooral de veiligheid. Dankzij All Wheel Drive (AWD) houdt de Forester de wielen ook stevig aan de grond bij gladheid en zware regenval en kan ook dan nog veilig uitwijken. Ook op droog wegdek garandeert vierwielaandrijving een superieure wegligging bij kritieke situaties.

Toch heeft een test met de vorige generatie Forester bewezen dat de auto wel degelijk terreinvaardig is. Dit vereist echter een speciale rijstijl. Dit is geen terreinauto die kalm tussen slip en grip het terrein bedwingt. In plaats daarvan is het zaak met volle vaart het terrein in te rijden en die snelheid vooral vast te houden.

Stationcar

Het tweede vorm-element is dat van de stationcar. De bagageruimte meet standaard 387 liter. Dat wordt een gigantische 1.629 liter met opgeklapte achterbank. Daarmee overtreft de Forester vrijwel iedere personenauto en kan deze Subaru zich zelfs meten met grote stationcars. Ook de ruimte op de achterbank is riant. Zelfs volwassenen zitten er prima. Mocht dat nog steeds niet voldoende zijn: deze Subaru trekt desgewenst een aanhanger van twee ton.

Ook op het punt van uitrusting kan de Forester de vergelijking met menig personenauto aan. Deze snelste Forester is tevens de meest luxe. Dat betekent dat een klimaatcontrolesysteem, een DVD gebaseerd navigatiesysteem en een groot glazen schuifdak standaard zijn. Helaas wordt bij deze laatste voorziening een dikke rand in het dak gebouwd. Ondanks de in hoogte verstelbare stoel, zit de testrijder van een kleine 1 meter 90 daarom met het hoofd tegen het dak. Gezien de omvang van de auto had die binnenruimte nuttiger gebruikt kunnen worden. Juist auto's in dit segment bieden in de regel zeer veel hoofd- en beenruimte.

Sportwagen

De Forester heeft dus alle voordelen van een terreinauto én een stationwagon: veel ruimte, veel comfort en de veiligheid van vierwielaandrijving. De Forester kent geen van de nadelen van de terreinauto: een hoog zwaartepunt, nog hogere aanschafprijs en dito brandstofverbruik. Dan nu de hoofdattractie van deze test: de nieuw toegevoegde sportwagenprestaties.

„De Forester combineert de voordelen van een terreinauto, een stationcar én een personenauto“

De 2-liter motor is vergroot tot 2.5-liter, bovendien is een turbo met intercooler toegevoegd. De getallen spreken voor zich. De vier cilinder boxermotor is goed voor 210 pk / 320 Nm. Dat is voldoende om in 6,3 seconden van stilstand naar 100 km/u te sprinten en daarna door te gaan tot een top van dik 220 km/u. Inderdaad sportwagencijfers.

Subaru Forester (2002 - 2008)

Turbo

Toch is de "Forester 2.5 XT" geen hitsige of agressieve auto geworden. Wie gewoon rijdt, merkt nauwelijks iets van de vermogenstoename. Het gaspedaal moet flink worden ingedrukt voordat de hulp van de turbo wordt ingeroepen. Dan is de auto vooral in lage versnellingen ronduit giftig. Bij voluit gasgeven in de bocht is het vermogen voldoende om alle vier de wielen plotseling te laten zoeken naar grip, die dankzij het "symetrical 4wd" binnen een fractie van een seconde is hervonden.

Daarna blijft de naald van de snelheidsmeter klimmen in een tempo dat heel bijzonder is voor een auto als deze. Toch voelt de Forester niet zo snel als de getallen aangeven. Sterker nog, die iets minder snelle "Legacy Touring Wagon 3.0 spec. B" presteert voor het gevoel nog beter. Dat komt onder andere door de hoge zit van de Forester. Een paar praktijktests wijzen uit dat de Forester meer dan uitstekend presteert. Vooral op de snelweg is het potentieel bijna overdonderend. Bij invoegen vanuit kruipsnelheid wordt gewacht op de eerste auto die op volle snelheid passeert. Het doel is voor die auto in te voegen. De Forester slaagt daar keer-op-keer in. Een prestatie van formaat.

Desondanks mist de voldoening bij de testrijder. Hoe snel de Forester ook is geworden, het sportwagenkarakter past niet bij de auto. De acceleratie is geweldig en de sprint van 0 naar 100 km/u wordt geklaard in een tijd die op een tiende seconde na gelijk is aan die van Subaru's rally adrenaline-machine: de Impreza WRX. Het brengt de bestuurder allemaal niet in extase en daagt niet uit tot meer. Ook het prima weggedrag dankzij All Wheel Drive, daagt niet uit tot onophoudelijk gooien-en-smijten. De vermogenstoename is vooral prettig als (enorme) reserve die kan worden benut om uiterst vlot in te voegen of razendsnel in te halen.

Subaru Forester (2002 - 2008)

Conclusie

De Subaru Forester is en blijft een unieke auto. De Forester combineert de voordelen van een terreinauto, een stationcar én een personenauto. Tegelijkertijd blijven alle nadelen van de respectievelijke auto's buiten de deur.

Met de introductie van de "2.5 XT" moet de Forester nu ook alle voordelen van een sportwagen bieden. En inderdaad, de prestaties zijn indrukwekkend. Desondanks biedt de "Forester 2.5 XT" geen sportwagengevoel en moet de vermogenstoename vooral worden gezien als reserve. Het extra vermogen weet de Forester wel veelzijdiger te maken. De Forester was al veilig, comfortabel, ruim en relatief gunstig geprijsd. In 2.5 XT uitvoering komt daar ook nog eens de kwalificatie "razendsnel" bij.

plus
  • Zeer ruim
  • Is geen terreinauto, maar presteert aardig off-road
  • Wegligging en veiligheid veel beter dan die van andere SUV's
min
  • Gevoelloze besturing
  • Beperkte hoofdruimte
  • Er is ook zoiets als overdreven snel