Opel Astra Coupe OPC X-Treme
De Opel Astra Coupe OPC X-Treme heeft zijn eerstekilometers op de weg gemaakt
Het lijkt niet erg waarschijnlijk dat hij niet onder de indruk zal zijn van de enorm gespierde en verrassend lichte Astra Coupe. De reusachtige 20 inch lichtmetalen wielen, de vleugeldeuren, de grote voor- en achterspoilers en natuurlijk de kracht van de dikke, diep in de neus weggestopte, 444 pk sterke V8. De omschrijving "afgeleid van de DTM racewagen" mag je in het geval van de X-treme heel letterlijk nemen. Uiteraard is de vormgeving verder verfijnd en geperfectioneerd. En moet een groot aantal onderdelen worden aangepast aan het gebruik op de openbare weg, ongeveer de helft om precies te zijn. Maar de grote lijnen laten geen misverstand bestaan over de herkomst van de X-treme: OPC, Opel's Performance Centre, inderdaad de afdeling die ook de racewagens voor het DTM maakt.
Als basis voor de X-treme dient een buizenframe met koolstofvezel veiligheidcel en -crashboxen. De rolkooi van de raceauto was niet bruikbaar voor de X-treme vanwege de plaatsing van de tank, het motormanagemensysteem en de bijrijdersstoel. Een nieuwe kooi dus waaraan een geheel instelbare wielophanging met dubbele triangels is bevestigd. De Astra Coupe OPC X-treme staat opvallend genoeg op breder schoeisel en grotere velgen dan zijn racebroeder: 265/30 ZR 20 voor en 305/25 ZR 20 achter. Het betreft overigens speciale 20 inch wielen met een centrale bevestigingsmoer. De grote koolstofvezel remmen met remklauwen met zes zuigers zijn zo van de raceauto overgenomen. Aan wegligging en vertraging zal het dus zeker niet mankeren.
Dat het remvermogen van een zeer hoog niveau zal moeten zijn is nodig ook, want de X-Treme is vrijwel even sterk als zijn racebroeder. In racetrim levert de 4-liter V8 32-kleppenmotor 340 kW/462 pk bij 6.500 toeren. De Astra Coupe OPC X-Treme staat te boek voor 326 kW/444 pk bij 7.350 toeren en hij heeft zelfs meer trekkracht in huis dan de raceversie: 530 Nm bij 4.800 toeren tegen 510 Nm bij 5.250 toeren. En dat is te merken. Door het hoge koppel, het grotere vliegwiel en een koppeling die wat makkelijker aangrijpt dan die van de raceauto, laat de X-treme zich eenvoudig besturen. Ook door een bestuurder zonder racelicentie. De immense kracht wordt op de achterwielen overgebracht via een sequentieel schakelende 6-versnellingsbak, die opvallend genoeg zonder gas terugnemen kan worden geschakeld. Op het juiste moment wordt de ontsteking een fractie van een tel onderbroken. Ondanks dat volbloed sportkarakter laat hij zich desgewenst ook in alle rust als een heel normale auto rijden.
OPC-chef Techniek Donatus Wichelhaus: "In de stad is hij zelfs zo soepel dat je hem gewoon in de vijfde en zesde versnelling rustig kunt laten voortzoeven". Opmerkelijk genoeg is de X-Treme nauwelijks zwaarder dan zijn wedstrijdversie. Met 1150 kilogram is hij slechts 50 kilo zwaarder. Dat is natuurlijk te merken aan de prestaties. De Astra Coupe OPC X-Treme sprint van nul naar honderd in vier seconden. Zijn topsnelheid? Meer dan 300 kilometer per uur.
Tot slot de prijs. Zo'n handgebouwde en zeer exclusieve supersportwagen zal -als hij inderdaad in productie gaat- een nieuw record voor Opel opleveren waar het zijn prijskaartje betreft. Er worden in de wandelgangen bedragen van rond een miljoen Duitse mark genoemd. Dat kan de echte liefhebbers overigens niet weerhouden, zo is inmiddels al duidelijk. Na de Autosalon van Genève 2001 kwamen al spontaan enkele bestellingen binnen bij Opel.