Bezoek Opel-fabriek
Alles op rolletjes
Omdat in Rüsselsheim (nabij Frankfurt) de belangrijkste fabriek van Opel staat, wordt hier ook het visitekaartje van het merk geproduceerd: de Insignia. Daarnaast komt hier ook de Zafira vandaan, want die heeft onderhuids veel overeenkomsten met de Insignia. Ook worden in Rüsselsheim zustermodellen voor andere merken gemaakt onder de naam Holden (Australie) en Vauxhall (Engeland).
Het begin
Ongeacht het merk of het model, begint de fabricage van iedere auto met een grote rol staal. Deze wordt op maat gesneden en dan in een machine zo groot als een gebouw met heel veel kracht gervormd van een platte plaat naar een driedimensionale vorm. Deze basisvorm wordt samengevoegd met kleinere delen van toeleveranciers en al snel ontstaat er iets dat op een auto begint te lijken.
Deze eerste stappen van het productieproces zijn geheel geautomatiseerd. De mensen op de productievloer bouwen geen auto's, maar zien slechts toe op het correct functioneren van de robots.
Omdat de fabriek in de loop der jaren steeds verder is uitgegroeid, bestaat het complex nu uit vele gebouwen met uiteenlopende stijlen. Inmiddels is het fabrieksterrein zelfs zo groot, dat Opel eigen treinen heeft die onderdelen van de ene fabriekshal naar de andere brengen.
Mensenwerk
Zodra het koetswerk is geverfd, begint het karakter te krijgen. Bovendien is het bouwen van de auto vanaf nu mensenwerk. De medewerkers in Rüsselsheim vertellen graag en met trots over hun werk. Zo weten ze in dit prille stadium van de bouw vaak al voor welke markt een auto bestemd is. Rood is bijvoorbeeld favoriet in Engeland. Nederland staat bekend om de vraag naar trekhaken.
Motoren en versnellingsbakken worden niet geproduceerd in Rüsselsheim, maar slechts geassembleerd. Dit houdt in dat voorzieningen zoals bekabeling, pompen en riemen hier op het kant-en-klare motorblok worden gemonteerd. Omdat in Rüsselsheim ook voor de Amerikaanse en Australische markt wordt geproduceerd, zijn hier ook zware motoren te zien die niet leverbaar zijn in de Europese varianten van de bekende modellen.
Productiemethode
Net zoals veel andere Europese autofabrikanten, heeft ook Opel de productiemethode van het Japanse Toyota afgekeken. Dit betekent dat het personeel wordt gevraagd mee te denken over het productieproces en bij te dragen aan continue verbeteringen. Bovendien wordt wekelijks overleg gevoerd met andere afdelingen en wordt actief geluisterd naar feedback van dealers om het productieproces te kunnen verbeteren.
Ook afkomstig van Toyota: medewerkers kunnen te allen tijde de lopende band stilzetten om een probleem te verhelpen. Halffabricaten worden dan automatisch in een "wachtrij" gezet en zo wordt voorkomen dat oponthoud op de ene afdeling invloed heeft op een andere.
Een grappig detail: wanneer een medewerker aandacht wil vragen voor een probleem, dan gaat een oud Duits kinderliedje spelen. Dit omdat op moderne muziek rechten moeten worden afgedragen. Op de werkvloer hebben verschillende kinderliedjes verschillende betekenissen.
Om medewerkers scherp en betrokken te houden, werken ze nooit lang op dezelfde afdeling. Rondom de drie dagelijkse pauzes (twee kort, een lang) veranderen ze steeds van afdeling en daarmee ook van werkzaamheden.
Kwaliteitscontrole
Het meest aansprekende deel van het productieproces is, net zoals in iedere andere autofabriek, het "huwelijk". Dit is het moment waarop het onderstel en het koetswerk voor het eerst samenkomen en waarna de auto voor het eerst op de eigen wielen kan staan. Daarna worden alleen nog het interieur en de nodige accessoires gemonteerd en vervolgens is de auto klaar voor inspectie.
Terwijl sommige autofabrieken de afdeling kwaliteitscontrole zorgvuldig verborgen houden voor de pers, is Opel hier juist opvallend open. Iedere nieuwe Opel legt na de productie een traject af op een eigen testbaan met onder andere een "hobbelweg". Hier wordt gelet op rammels en het functioneren van het mechaniek (onderstel, besturing, etc.). Dit is ook waar die eerste kilometers vandaan komen die op de klok staan van een hagelnieuwe auto.
Een leuk weetje: steekproefsgewijs worden auto's daadwerkelijk getest op de openbare weg. Zo'n auto krijgt dan een tijdelijk kenteken en maakt een rondje op de wegen rondom de Opel-fabriek. Die auto's zijn nog grondiger getest en worden met een kleine 15 km op de klok aan de klant geleverd.
Gemiddeld rolt er in Rüsselsheim iedere minuut een nieuwe auto van de band. Op de grote parkeerterreinen rondom de fabriek is al op het eerste gezicht te zien waar die auto's naartoe gaan. Auto's die in de regio worden verkocht, gaan direct van de fabriek naar de dealer. Als ze per boot of trein worden getransporteerd, worden ze helemaal ingepakt. Dit zijn dus geen afgeplakte auto's om spionagefoto's te voorkomen, maar ingepakte auto's die in perfecte conditie hun verre bestemming moeten bereiken.
Conclusie
Opel heeft fabrieken door heel Europa, maar bij het hoofdkantoor in het Duitse Rüsselsheim staat de eerste en dus oudste fabriek. Juist daarom fabriceert Opel hier het topmodel: de Insignia, alsmede de technisch verwante Zafira. Die beperkte verscheidenheid is bijzonder (andere automerken fabriceren veel meer modellen doorelkaar), maar tevens de grootste kracht omdat men zich helemaal kan toeleggen op die paar modellen.
Het productieproces bij Opel verschilt niet wezenlijk van dat van andere merken. Waar mogelijk worden robots ingezet, waar dat logischer is worden mensen ingezet voor de productie. De mensen worden zo veel mogelijk bij het proces betrokken, zodat ze kunnen bijdragen aan de verbetering van het proces en het product. Wat Opel vooral bijzonder maakt is dat het na meer dan een eeuw nog steeds op dezelfde locatie en in veelal dezelfde gebouwen is gevestigd. Een bezoek aan het Opel-hoofdkwartier voelt daarom meer als een warm welkom in het Opel-dorp dan aan een zakelijk bezoek aan een fabriek.