Hybrides
Wegwijs in hybride-land
De theorie achter de hybride is eenvoudig. Een verbrandingsmotor is efficiënt op een relatief hoge (80 tot 100 km/u) en constante snelheid die lange tijd wordt aangehouden. Een elektromotor is juist het meest geschikt voor lage snelheden, maar heeft weinig problemen met snelheidswisselingen. En daarom verschenen eind jaren '90 de eerste auto's (Toyota Prius / Honda Insight) met zowel een benzine- als een elektromotor onder de kap. De voordelen: een lager verbruik in de stad en meer comfort op de snelweg.
Inmiddels zijn er vele varianten op deze techniek. Wat ze allemaal gemeenschappelijk hebben is een combinatie van een verbrandingsmotor en een elektromotor. Ook winnen ze allemaal energie terug tijdens remmen en uitrollen, zodat opladen aan een stekker niet altijd noodzakelijk is.
Mild hybrid
De eenvoudigste hybride is de zogenaamde "mild hybrid". Deze wint energie terug tijdens remmen en uitrollen en slaat dit op in een kleine batterij. Met deze gratis energie wordt het elektrisch systeem van de auto gevoed. Sommige mild hybrids hebben een kleine elektromotor nabij de versnellingsbak waarmee ze een duwtje in de rug kunnen geven wanneer de verbrandingsmotor hard moet werken. Een mild hybrid kan niet elektrisch rijden, de assistentie beperkt zich tot assisteren. De eerste populaire mild hybrid was de eerste generatie van de BMW 1-Serie, alhoewel de term "mild hybrid" op dat moment nog niet was bedacht.
Het voordeel van de mild hybrid is de lage prijs vanwege de kleine dynamo en kleine batterij. Van mild hybrid-techniek is in de praktijk weinig tot niets merkbaar; niet in het rijden en niet in de binnenruimte. Vanwege het geringe aandeel van de elektromotor is de besparing echter gering.
Parallel hybrid
Een parallel hybride wordt ook wel gezien als de standaard hybride omdat dit de techniek is van de eerste grootschalig geproduceerde hybride: de Toyota Prius. Een parallel hybride kan een korte afstand (1 tot 3 km) geheel elektrisch afleggen en de elektromotor kan vaker en intensiever assisteren dan bij de mild hybrid. De brandstofbesparing is daarom significant. Een goede parallel hybrid is 50% zuiniger dan een vergelijkbare auto met alleen een benzinemotor. Bovendien zorgt de elektromotor voor meer rust en souplesse.
Let op dat handige commerciële jongens melden dat een hybride "tot 80% elektrisch rijdt". Dit betreft echter 80% van de tijd, niet van de afstand. Door simpelweg in de file te staan zal de benzinemotor veelal zijn uitgeschakeld terwijl de tijd doortikt. Kortom: deze bewering zegt niets over de daadwerkelijke besparing in brandstof en CO2. Al even misleidend: een "zelf opladende batterij" bestaat niet, want deze energie komt indirect van de verbrandingsmotor.
Het voordeel van de parallelle hybride zijn het comfort en de grote brandstofbesparing tegen een relatief gunstige prijs. Vanwege de grotere batterij is de bagageruimte soms kleiner.
Plug-inhybrid
Hoe meer elektrisch wordt gereden, hoe lager het brandstofverbruik. Dat is de logica achter de plug-inhybrid. Echter, de energie die wordt teruggewonnen tijdens remmen en uitrollen is niet beperkt. Daarom kan een plug-inhybrid ook worden geladen aan het stopcontact thuis of bij een publiek laadpunt. Dankzij de grote batterij kan een plug-inhybrid flinke afstanden (20 tot soms wel 100 km) geheel elektrisch afleggen. Dan biedt een PHEV (plug-in hybrid electric vehcile) hetzelfde comfort als een geheel elektrische auto, terwijl kan worden teruggevallen op een conventionele verbrandingsmotor wanneer de batterij leeg is. Alhoewel de boordcomputer dan meldt dat de accu leeg is, resteert dan in feite nog voldoende energie om te functioneren als een parallel hybride.
Vanwege de grote batterij is de plug-inhybride de duurste hybride. Bovendien is dit systeem effectief wanneer consequent wordt geladen. Wanneer de batterij niet wordt geladen, vormt deze slechts ballast en is een eenvoudigere vorm van hybrideaandrijving efficiënter. Bovendien is het belangrijk om te plannen wanneer elektrisch en wanneer op benzine / diesel wordt gereden. De betere plug-inhybrides kunnen dit automatisch plannen aan de hand van de ingevoerde bestemming in het navigatiesysteem. Vraag dus naar deze functionaliteit bij het kiezen van een auto!
SUV's hebben het meeste voordeel bij plug-inhybride techniek omdat deze vanwege de CO2-belasting zeer kostbaar zijn in Nederland. Zo is een Ford Kuga PHEV nauwelijks duurder dan een versie met alleen een benzinemotor, terwijl de plug-inhybride aanzienlijk meer vermogen levert tegen veel lagere kosten per kilometer. De nieuwe generatie middenklassers van het Stellantis concern (Peugeot, Citroën, Fiat, Opel) is er met benzine, diesel, plug-in hybrid én elektrische aandrijving. De nieuwe Peugeot 308 PHEV biedt zelfs twee opties: 180 of 225 pk.
Volledig elektrisch
De stap na de plug-inhybride is de volledig elektrische auto. Deze heeft een nog grotere batterij en is daarom vaak kostbaarder in aanschaf. Echter, dit verschilt per auto en per situatie. Bij zakelijk rijden is een volledig elektrische auto vrijwel altijd voordeliger vanwege de lagere bijtelling (16% i.p.v. 22%). Voor particulieren kan de subsidie een groot verschil maken, waardoor elektrisch rijden het voordeligst is. In alle gevallen zijn de kosten van energie, onderhoud en afschrijving lager dan die van een auto met verbrandingsmotor.
Als het om rijeigenschappen gaat is de geheel elektrische auto altijd in het voordeel. Een elektrische auto is sneller, stiller en comfortabeler dan een soortgelijke auto met verbrandingsmotor. Het bereik van moderne elektrische auto's is vergelijkbaar met dat van een auto met benzinemotor. Langeafstandkampioenen zijn de Ford Mustang MACH_E (600 km) en Mercedes-Benz EQS (730 km). Echter, de ideale balans tussen prijs, bereik en gewicht (accu's zijn zwaar) ligt rond de 300 km. De meest populaire elektrische auto's (Volkswagen ID.3, Opel Corsa, Renault Zoë) hebben dan ook allemaal een bereik van zo'n 300 km. Daarmee kan zorgeloos worden gereden en indien nodig snel worden geladen op lange ritten.