Opel Kadett
Opel Kadett bestaat 40 jaar
Het ontwikkelingsverhaal van de vijfde Kadett-generatie begon eigenlijk al in 1979. Zodra de Opel Kadett D, Opels eerste model met voorwielaandrijving, op de markt kwam, werden er al ideeën verzameld voor een mogelijke opvolger. Bij productontwikkeling en constructie in Rüsselsheim waren tal van ingenieurs, technici en ontwerpers betrokken bij het 'Kadett E'-project. In de loop van vijf jaar werd er 1,5 miljard Duitse mark in de ontwikkeling van de Kadett E geïnvesteerd. Voordat hij klaar was voor serieproductie, legden de prototypes in totaal zo'n 6,5 miljoen testkilometers af - in testcentra, op circuits, onder extreme weersomstandigheden in Noord-Europa en in woestijnregio's van de VS. Na uitgebreide tests was het moment daar: de Kadett E - wederom met voorwielaandrijving - werd in het najaar van 1984 gelanceerd. Hij arriveerde al snel bij de dealers - in een ongeëvenaarde variëteit aan uitvoeringen. Maar dat was zeker niet de enige reden waarom de vijfde Kadett-generatie binnen korte tijd een bestseller werd.
Uitvoeringen
Vanaf de verkoopstart was de nieuwste Kadett-generatie beschikbaar als driedeurs- en vijfdeurs hatchback en als driedeurs- en vijfdeurs stationwagen - met een laadvolume van maximaal 1.520 liter. Een jaar later werd het gamma aangevuld met de vierdeurs sedanuitvoering. Vanaf 1987 konden buitenliefhebbers hun hart ophalen met de Kadett E: niemand minder dan de grootse Italiaanse ontwerper Nuccio Bertone was verantwoordelijk voor de nieuwe Kadett cabriolet. In nauwe samenwerking met het ontwerpteam van Rüsselsheim werd in de Noord-Italiaanse fabriek de elegante 'topless Kadett' gecreëerd - inclusief uitgebreide standaarduitrusting, variërend van sportstoelen voor de bestuurder en voorpassagier tot individueel neerklapbare achterstoelen en getinte ramen.
Opel wilde niet alleen particuliere klanten aantrekken met de Kadett. Met een andere variant bood het ook het juiste model voor zakelijke klanten: de Kadett Combo. Deze compacte bestelwagen, met een speciaal ontworpen achteras en achterdeuren die 180 graden openen, kon een laadvermogen van maximaal 635 kilogram aan en bood 2,4 kubieke meter aan laadruimte.
De sportiefste, krachtigste en - naast de cabriolet van Bertone - waarschijnlijk ook de meest passionele Kadett-variant was echter de Kadett GSi. Terwijl de productieversie aanvankelijk een 1,8-liter motor met 85 kW (115 pk) had, verscheen de GSi kort daarna als Groep A-toerwagen met 125 kW (170 pk) en een acceleratie van 0 naar 100 km/u in net iets minder dan zeven seconden. Als de 184 kW (250 pk) sterke race-Kadett GSi 16V maakte hij zijn debuut bij de start van het International German Touring Car Championship in 1988. Een jaar later werden de Oostenrijkers Josef Haider en Ferdinand Hinterleitner Duits rallykampioen met de Opel Kadett GSi 16V. In hetzelfde jaar nam een Opel fabrieksteam met de vijfde generatie Kadett deel aan het German Touring Car Championship.
Stroomlijn
Het succesvolle recept leverde de vijfde generatie van de bestseller tal van onderscheidingen op. Naast het 'Gouden Stuurwiel' won hij ook de titel 'Europese auto van het Jaar 1985'.
In 1984 vestigde de Kadett bovendien een record op het gebied van aerodynamica. Na 1.200 uur fijnslijpen in de windtunnel behaalde de reguliere Kadett E een sensationele luchtweerstandscoëfficiënt van 0,32. De sportieve GSi was destijds zelfs de meest gestroomlijnde auto ter wereld, met een luchtweerstandscoëfficiënt van 0,30 en een luchtweerstandsoppervlak van 0,57 vierkante meter. De Opel-ingenieurs bereikten deze prestaties onder meer door een consequente wigvorm, een druppelvormig silhouet, gladgestreken raamoppervlakken en andere gedetailleerde oplossingen, zoals flexibele afdichtingen tussen de carrosseriedelen.
Ondertussen ging de ontwikkeling voortdurend verder. In 1989 lanceerde Opel een vernieuwde Kadett E en in 1991 werd de naam Opel Astra in heel Europa geïntroduceerd.