Mitsubishi Space Star

"Global small", daarna "Mirage" en nu "Space Star". Mitsubishi's kleinste model is bekend geweest onder vele namen. In tegenstelling tot andere modellen is deze Mitsubishi vanaf het eerste begin ontwikkeld om over de hele wereld verkocht te worden. Op die manier kunnen de ontwerpkosten over een groot aantal auto's verdeeld worden en kan de prijs laag blijven. Tijdens de ontwikkelingsfase luisterde Mitsubishi's kleine wereldspeler daarom naar de naam "Global small".

De naam "Mirage" lag echter prettiger in het gehoor en daarom werd die naam voor de definitieve auto gekozen. De auto werd in productie genomen, de folders werden gedrukt en de marketingmachine kwam op gang. Ondanks een grondige voorstudie en goede afspraken, kwam er op het allerlaatste moment een kink in de kabel. In Europa maakte een partij bezwaar tegen de naam "Mirage".

Terwijl de auto buiten Europa al bij de dealer stond (in Thailand zijn er al enkele tienduizenden exemplaren verkocht), moest Mitsubishi Europa in allerijl een nieuwe naam bedenken. De naam "Space Star" werd van de plank gehaald. Alhoewel dit kleine autootje zeker geen MPV is, blijkt dat achteraf helemaal geen gekke naam.

Ruimte

Veel kleine auto's zijn in de loop der jaren zo sterk gegroeid, dat ze inmiddels tot de middelgrote modellen behoren. Parkeren in het kleinste gaatje is niet langer mogelijk en het verbruik is onder het toenemende gewicht steeds maar toegenomen. Andere kleine auto's zijn vooral uit noodzaak klein gebleven: ze moesten goedkoop zijn.

Mitsubishi wil met de Space Star het gat opvullen tussen de allerkleinste, allergoedkoopste auto's en de compacte modellen van weleer die inmiddels uit hun jasje zijn gegroeid. Dat dat gelukt is, blijkt direct na het plaatsnemen achter het stuurwiel. Niet alleen de hoofd- en beenruimte is prima, ook de beweegruimte rondom de voorstoelen geeft het idee dat de Space Star veel meer is dan een budgetautootje.

Wie achterin plaatsneemt is definitief overtuigd. De hoofd- en beenruimte achterin is bovengemiddeld goed. Zelfs met twee volwassenen voorin resteert er achterin ruimte voor nog eens twee volwassenen. De ruimte op de achterbank gaat niet ten koste van de bagageruimte, ook die is prima.

De opzet en afwerking van het interieur is keurig. Het interieur kent geen blanco plaatdelen en de gebruikte materialen doen stevig en degelijk aan. Ook het uitrustingsniveau geeft het gevoel dat de Space Star een kleine doch volwassen auto is. Zo zijn een in delen neerklapbare achterbank, zes airbags, ESP en elektrisch bedienbare zijruiten (voor) standaard. Bij regen beslaan de ramen (te) gemakkelijk, de optionele airconditioning is daarom meer een noodzaak dan een luxe.

Voor deze test werd de meest luxe uitvoering beschikbaar gesteld. Dan behoren ook stoelverwarming, een navigatiesysteem, een achteruitrijcamera en sleutelvrije toegang tot de uitrusting. De beide laatste voorzieningen lijken echter op het laatste moment te zijn toegevoegd. Zowel de knop op de deur voor de sleutelvrije toegang als de camera op de achterklep van de parkeerhulp steken als lelijke puisten uit de auto. Het navigatiesysteem valt juist positief op: de bediening is intuïtief en de instructies zeer duidelijk. Bovendien is integratie met de iPhone en iPod keurig verzorgd.

Rijden

Terwijl de Space Star de ruimte en uitrusting van een B-segment auto biedt, zijn de rijeigenschappen die van een A-segment auto. Alhoewel de Space Star iets groter is dan de kleinste autootjes op de markt, is de Space Star toch even wendbaar. De besturing is licht en gevoelloos, maar in druk stadsverkeer is dat zeker niet onprettig.

Op de buitenweg weet de Space Star minder te overtuigen. In snelgenomen bochten helt de auto nadrukkelijk over. In te scherp genomen bochten glijdt de Space Star juist gemakkelijk rechtdoor ("onderstuur"). Het standaard aanwezige ESP corrigeert dit effectief, maar een beter onderstel zou dit simpelweg voorkomen.

Prestaties

De Space Star steekt juist boven de andere kleintjes uit als het gaat om de prestaties. Dat wil zeggen: na een korte gewenningsperiode. De eerste kilometers met de Space Star verliepen op z'n zachtst gezegd onwennig. De slag van het koppelingspedaal is extreem lang, terwijl het gaspedaal indirect reageert. De "CVT" (Continu Variabele Transmissie) is daarom een serieus alternatief. Hiermee is schakelen en koppelen overbodig, terwijl het comfort toeneemt en het verbruik afneemt.

Eenmaal gewend aan de bediening, valt de Space Star positief op door de prima prestaties. Bijvoorbeeld invoegen op een drukke snelweg gaat met de Space Star veel gemakkelijker dan met de concurrenten.

Toch zijn de motoren ontwikkeld met het oog op efficiency. De Space Star is leverbaar met een 1.0 en een 1.2 liter benzinemotor. Beide tellen drie cilinders, want dat biedt dankzij het geringere aantal bewegende delen de beste combinatie van een laag verbruik en goede prestaties.

Een nadeel van een driecilinder motor (vier cilinders is meer gangbaar) zijn het roffelende geluid en de onrustige loop. Het geluid heeft Mitsubishi niet weten te onderdrukken. Vanaf het eerste moment is het alle inzittenden duidelijk dat dit een driecilinder is. Niet alleen de motor, maar ook de banden en de rijwind zijn bij hoge snelheid duidelijk hoorbaar.

Verbruik

Om de bestuurder aan te moedigen zuinig te rijden, is naast de snelheidsmeter een grote "eco-meter" te vinden. Groene en oranje balkjes geven aan hoe zuinig of onzuinig wordt gereden. Reken gemiddeld op 6 liter per 100 km en met een aangepaste rijstijl op iets minder dan 5 liter per 100 km.

Dat is heel wat meer dan Mitsubishi in de folder wil doen geloven. De Space Star is daarom in de praktijk niet zuiniger of onzuiniger dan andere kleintjes. Zoals eerder aangegeven, staat hier echter tegenover dat de Space Star wel beduidend beter presteert.

Dat is niet alleen te danken aan de motoren, maar ook aan het geringe gewicht van de auto. Immers, iedere kilo die niet in beweging hoeft te worden gebracht, kost ook geen energie. Gemiddeld is de Space Star zo'n 100 kg lichter dan de directe concurrenten en dat is een significant verschil.

Niet de uitstraling, maar een minimaal verbruik stond voorop bij het tot stand komen van de vormgeving. De Space Star is daarom meer door de windtunnel dan door een creatieve geest getekend. Zo is de voorzijde iets breder dan de achterzijde om tot een ideale druppelvorm te komen. De grote geribbelde achterspoiler vermindert de turbulentie achter de auto en ook dat komt de rijeigenschappen ten goede.

Conclusie

Kleine, voordelige auto's zijn gewilder dan ooit tevoren. Niet alleen in Nederland, maar over de hele wereld. Mitsubishi speelt daar op in met de "Space Star". De "Space Star" is niet specifiek op Europa gericht, maar zal wereldwijd worden verkocht. Op die manier kunnen de kosten laag blijven.

De Space Star onderscheidt zich van de concurrentie met een slimme maatgeving. De Space Star is iets ruimer dan de allerkleinste auto's op de markt, maar niet zo groot dat de auto onhandelbaar wordt. Dankzij de complete uitrusting, de prima afwerking en de ruimte geeft de Space Star de bestuurder nooit het gevoel met een budget-autootje te rijden.

De rijeigenschappen zijn wel die van een budget-autootje: de Space Star helt sterk over in de bochten en op de snelweg zijn de rijgeluiden nadrukkelijk aanwezig. Het verbruik is niet zo laag als Mitsubishi beweert; tijdens de test verbruikte de Space Star evenveel als andere kleintjes. Daar staat echter tegenover dat de Space Star wel beduidend beter presteert dan gemiddeld.